Brandblussers op binnenvaartschepen
Binnenvaartschepen moeten voldoende draagbare blustoestellen (brandblussers) van de juiste soort aan boord hebben.
Aantal vereiste brandblussers en periodieke keuring
In uw binnenschipcertificaat vindt u onder nummer 43 hoeveel brandblussers er altijd op uw schip aanwezig moeten zijn. Dit aantal is bij de certificering bepaald volgens technische voorschriften.
Het kan zijn dat onder nummer 52 nog extra brandblussers staan die vereist zijn in ruimten waar branden met plantaardige of dierlijke oliën en vetten kunnen optreden.
Een deskundige moet elke brandblusser ten minste om de 2 jaar keuren.
Soorten brandblussers
Welke soort of soorten brandblussers u aan boord moet hebben, hangt af van de soort brand die mogelijk is. Alle brandblussers moeten geschikt zijn voor branden in elektrische installaties tot 1.000 V.
- Poeder
Standaard zijn doorgaans poederbrandblussers voorgeschreven.
Een poederbrandblusser is gevuld met 6 kilogram poeder. - Schuim
Brandblussers met schuim zijn niet toegestaan voor branden van vloeibaar gas (koken op gasflessen).
Bij het gebruik van schuimblussers is alleen AFFF-schuim (minimaal vorstvrij tot -20°C) toegestaan. Een schuimblusser moet een inhoud hebben ten minste 9 liter. - Kooldioxide (CO²)
Voor branden in keukens en bij elektrische installaties zijn brandblussers met CO² toegestaan, in aanvulling op de vereiste brandblussers.
CO²-blussers mogen niet meer dan 1 kilogram CO² bevatten voor iedere 15 m³ van de ruimte waarin ze worden bewaard en gebruikt. In kleinere ruimtes ontstaat bij het blussen met deze toestellen het risico dat er te weinig zuurstof overblijft voor de aanwezige personen.
Brandblussers zichtbaar en vindbaar
Zorg dat elke brandblusser altijd gemakkelijk en snel bereikbaar is.
Is een brandblusser niet-zichtbaar opgeborgen, bijvoorbeeld in een kast? Markeer dan de plaats met een goed zichtbaar pictogram van een wit blusapparaat in een rood vierkant van ten minste 10x10 cm.
