Omzetting ROC criteria bemanning

Grondslag

M3

CAT

CP

Maatregel/eis/doel

Het ERP moet worden getraind en dus worden meegenomen in het interne trainingsprogramma.

Implicatie

Geen SORA aanwijzing

Invoering/uitwerking

In overeenstemming met bijlage 1 bij artikel 3 van de Roabl behoort het omgaan met faalcondities tijdens de vlucht tot de vaardigheidseisen voor de verkrijging van het RPA-L. Het ERP behoeft aandacht tijdens de (interne) training. 
Conclusie: Geen actie nodig

Grondslag

M3

CAT

CP

Maatregel/eis/doel

Een log wordt bijgehouden van degene die de ERP-training (intern of extern) hebben gevolgd.

Implicatie

Geen verdere toelichting van SORA. Omdat een log moet worden bijgehouden van het personeel dat de ERP-training heeft gevolgd, impliceert dit dat het personeel deze training moet hebben gevolgd voor aanvang van deze (EVLOS) operaties.

Invoering/inwerking

Actie: Een ERP training geven/volgen (intern/extern) in overeenstemming met de syllabus opgenomen in het operationeel handboek.

Grondslag

OSO#07

CAT

CP

Maatregel/eis/doel

De bemanning controleert voorafgaande aan de vlucht dat het UAS in een conditie verkeert voor een veilige vluchtuitvoering in overeenstemming met de ConOps (Roabl ConOps).

Implicatie

De bemanning is (intern of extern) getraind in het uitvoeren van preflight inspecties. Exploitant/aanvrager verklaart dat de training is gevolgd en heeft daarvan het bewijs beschikbaar.

Invoering/uitwerking

Preflight inspectie als onderdeel van de vlucht-voorbereiding is als voorschrift opgenomen in de Roabl en het bestaande operationele handboek. De piloten hebben het element meegekregen tijdens de opleiding voor het RPA-L én het element is meegenomen tijdens de interne bedrijfstraining. Zie Roabl

• bijlage 1 bij artikel 3
• artikel 9
• bijlage 5
• bijlage 6 (technische toestand van het systeem meenemen in de veiligheidsanalyse)

Conclusie: geen actie nodig

Grondslag

OSO #09 #15 #22

CAT

CP

Maatregel/eis/doel

Theoretische en praktische training is toereikend voor de voorgenomen operatie en bevat de volgende elementen:

• kennis van Europese UAS-regelgeving (EU-2019/947) en andere relevante Europese en nationale regelgeving
• regels verbonden aan het type luchtruim
  (SERA & SORA)
• airmanship en luchtvaartveiligheid
• grenzen van de mens (human performance)
• meteorologie
• navigatie & kaarten
• het UAS
• operationele procedures

Implicatie

De maatregel impliceert dat de training ook gevolgd moet zijn betreffende de aanvullende elementen a, b en h van de opsomming en u besteedt initieel alleen aandacht aan die operationele procedures die gewijzigd zijn als gevolg van de implementatie van EU-regels.

Invoering/uitwerking

Actie: Bij de aanvraag voor omzetting stuurt u een naamsgebonden verklaring mee van de piloten die de training hebben doorlopen.

Grondslag

OSO #16

CAT

CP

Maatregel/eis/doel

De training (intern of extern) van de bemanning omvat multicrew coördinatie (MCC).

Implicatie

• SORA acht een verklaring waarin staat dat de genoemde training is gevolgd voldoende. Deze training mag intern (!) of extern zijn gevolgd.
• Bewijs moet beschikbaar zijn.

Uitvoering/uitwerking

• Hoewel procedures moeten zijn opgesteld voor de samenwerking tussen bemanningsleden is deze samenwerking niet opgenomen in de kennis- en vaardigheidseisen voor het verkrijgen van het RPA-L (zie bijlage 1, behorend bij artikel 3 van de Roabl). Alleen voor EVLOS operaties dient men vaardig te zijn in “crew management”.
• Een aanvullende MCC-module voor een (interne of externe) training moet worden gevolgd en opgenomen in een aangepaste syllabus. Administratie moet gevoerd worden om bij te houden wie de training heeft gevolgd.
• Bij de aanvraag voor omzetting stuurt u een naamsgebonden verklaring mee van de piloten die de training hebben doorlopen.

Grondslag

OSO #23 criterium 3

CAT

CP

Maatregel/eis/doel

Het trainingsprogramma (intern of extern) bevat de beoordeling van meteorologische omstandigheden.

Implicatie

De aanvrager verklaart dat de training is gevolgd. (bewijs daarvan moet beschikbaar zijn)

Invoering/uitwerking

Volgens bijlage 1, paragraaf 6,  van de Roabl, vereist het kunnen afgeven van een RPA-L dat de kandidaat beschikt over de in de paragraaf opgesomde kennis. Deze kenniseisen ten aanzien van meteorologie dekken de lading ruimschoots.
Conclusie: Geen actie nodig, tenzij de aanvrager aanpassing nodig acht met het oog op operaties in andere EU-landen. Het element wordt mee-genomen in een naamsgebonden verklaring.

Grondslag

947, artikel 8, 2e lid

CAT

CP

Maatregel/eis/doel

Piloten op afstand die UAS exploiteren in de categorie „specifiek”, moeten voldoen aan de vaardigheidseisen die door de bevoegde autoriteit zijn vastgesteld in de exploitatievergunning en moeten minstens de volgende vaardigheden hebben: 

1. het vermogen om operationele procedures toe te passen (normale procedures, noodprocedures, vluchtplanning, inspecties vóór en na de vlucht);
2. het vermogen om luchtvaartcommunicatie te beheren;
3. het beheren van de vliegbaan en automa-tisering van het onbemande luchtvaartuig;
4. leiderschap, teamwerk en zelfbeheer;
5. problemen oplossen en besluiten nemen;
6. situatiebewustzijn;
7. omgaan met de werkbelasting;
8. coördinatie of overdracht, al naargelang van toepassing.

Implicatie

De kennis- en vaardigheidseisen volgen, naast de hier genoemde aspecten, uit SORA. De ILT zal geen afwijkende eisen opnemen in de exploitatievergunning.

Invoering/uitwerking

De kennis- en vaardigheidseisen ter verkrijging van het RPA-L voorzien hierin. Conclusie: Geen actie nodig