Om de veiligheid in de luchtvaart te vergroten, is het belangrijk om voorvallen met drones centraal te registreren en analyseren. Dit kan alleen als de voorvallen worden gemeld.
Volgens verordening (EU) 376/2014 is het verplicht om voorallen in de burgerluchtvaart te melden bij het Analyse Bureau Luchtvaart (ABL).
Naast verplichte meldingen is er ook de mogelijkheid voor vrijwillige meldingen. Om de algehele vliegveiligheid te vergroten is het belangrijk om juist alle (ook de kleine) voorvallen te melden die in het vrijwillige kader vallen. Zo kunnen trends zichtbaar worden waarmee mogelijke incidenten in de toekomst zijn te voorkomen.
Het ABL behandelt alle meldingen vertrouwelijk. De luchtvaart gebruikt het beginsel van ‘Just Culture’. Dit betekent dat de melder van een voorval niet zal worden gestraft voor handelingen, verzuimen of beslissingen die in overeenstemming zijn met hun ervaring en opleiding. Tegelijkertijd kunnen grove nalatigheid, opzettelijke overtredingen en destructieve handelingen niet worden getolereerd.
Verplichte meldingen
Een aantal zaken is specifiek voor UAS/Drones verplicht om te melden, zoals gesteld in verordening (EU) 2015/1018 Annex V. Deze lijst vindt u onder aan de pagina.
Een met het gebruik van een luchtvaartuig samenhangend voorval dat plaatsvind tussen het tijdstip waarop de UAS klaar is om te vertrekken tot het tijdstip waarop het tot stilstand komt aan het einde van de vlucht en de motoren zijn uitgeschakeld, waarbij:
Een persoon dodelijk of ernstig gewond is geraakt als gevolg van rechtstreeks contact met een onderdeel van de UAS, inclusief onderdelen die los zijn geraakt; of
De UAS schade of een structurele storing oploopt die negatieve gevolgen heeft voor de structurele sterkte, prestaties of vliegeigenschappen en die normaliter ingrijpende herstelwerkzaamheden of vervanging van het getroffen onderdeel noodzakelijk zouden maken.
Behalve in het geval van motorstoring of motorschade, wanneer de schade beperkt blijft tot één motor (inclusief motorkappen of toebehoren), aan propellers, vleugelpunten, antennes, sondes, panelen, de vliegtuighuid (zoals kleine deuken of gaatjes) of lichte schade aan hoofdrotorbladen, staartrotorbladen, landingsgestellen en schade ten gevolge van hagel- of vogelinslag; of
De UAS ontbreekt, bijvoorbeeld flyaway of crash.
Een incident met omstandigheden die erop wijzen dat de kans op een ongeval groot is en dat verband houdt met het gebruik van een luchtvaartuig, dat in het geval van een onbemand luchtvaartuig, tussen het tijdstip waarop het luchtvaartuig klaar is om te vertrekken met het oog op een vlucht en het tijdstip waarop het tot stilstand komt aan het einde van de vlucht en het hoofdvoortstuwingssysteem wordt uitgeschakeld.
Voorbeelden van ernstige incidenten
De opgesomde incidenten zijn typische voorbeelden van incidenten die waarschijnlijk ernstig zijn. De lijst is niet volledig en is alleen een leidraad voor de definitie van 'ernstig incident':
Een bijna-botsing die een ontwijkingsmanoeuvre vereist om een botsing of een onveilige situatie te voorkomen of wanneer een ontwijking actie passend zou zijn geweest.
Gecontroleerde vlucht in terrein die slechts ternauwernood kon worden vermeden.
Grove tekortkomingen bij het bereiken van de voorspelde prestaties tijdens de start of de eerste klimvlucht.
Brand, motorbranden, ook al zijn deze branden geblust door het gebruik van blusmiddelen.
Het uitvallen van de vliegtuigconstructie of het uiteenvallen van de motor die niet als een ongeval worden aangemerkt.
Meerdere storingen van een of meer vliegtuigsystemen die de werking van de UAS ernstig beïnvloeden.
Het onvermogen van de bemanning tijdens de vlucht.
Incidenten bij het opstijgen of landen.
Systeemfouten, weersverschijnselen, het vliegen buiten de goedgekeurde vluchtzone of andere voorvallen die problemen met de besturing van het vliegtuig hadden kunnen veroorzaken.
Het uitvallen van meer dan één systeem in een redundantiesysteem dat verplicht is voor vluchtleiding en navigatie.
Overzicht verplichte meldingen
Ongewild verlies van controle.
Landen buiten de voorgenomen landingszone.
Het niet behalen van de vereiste vliegprestaties van de UAV tijdens de operatie.
Elke vlucht met een luchtvaartuig dat niet luchtwaardig was of waarvan de vluchtvoorbereiding niet was voltooid, zodat het luchtvaartuig of andere personen in gevaar werden gebracht of hadden kunnen worden gebracht.
Met een luchtvaartuig dat niet voor instrumentweersomstandigheden is gecertificeerd, of met een piloot die niet is gekwalificeerd voor instrumentvliegen, waardoor het luchtvaartuig of andere personen in gevaar zijn gekomen of hadden kunnen komen.
Ongewild verlies van belading.
Ongewoon sterke trillingen (bijvoorbeeld: 'flutter' van een propeller).
Niet functionerende of ontkoppelde besturingsorganen of systemen.
Defect of ernstige beschadiging of aantasting van de structuur van het luchtvaartuig.
Verlies van een onderdeel van het luchtvaartuig of systeem tijdens de vlucht.
Defect van een motor, rotor, propeller, brandstofsysteem of ander essentieel systeem.
Vloeistoflek dat geleid heeft tot brandgevaar, tot mogelijke gevaarlijke contaminatie van de structuur, systemen of apparatuur van het luchtvaartuig.
Interactie met luchtvaartnavigatiediensten (bijvoorbeeld: incorrecte diensten verleend, tegenstrijdige communicatie of afwijking van klaringen) die het luchtvaartuig of andere personen in gevaar heeft gebracht of had kunnen brengen.
Luchtruimschending.
Elk voorval dat leidt tot een noodoproep.
Brand, explosie, rook, giftige gassen of dampen in het luchtvaartuig.
Verlies, door de remote pilot of observer, van het vermogen diens taken uit te voeren.
Een botsing op de grond of in de lucht, met een ander luchtvaartuig, het terrein of een obstakel.
Een bijna-botsing, op de grond of in de lucht, met een ander luchtvaartuig, het terrein of een obstakel, waarbij een nooduitwijkmanoeuvre noodzakelijk is om een botsing te vermijden.
Botsing met dieren, waaronder ook botsing met vogels, met schade aan het luchtvaartuig of defect of storing van een essentiële dienst tot gevolg.
Hinder ten gevolge van vuurwapens, vuurwerk, vliegers, laserstralen, lichten met hoog vermogen, lasers, andere drones, modelvliegtuigen of andere soortgelijke verschijnselen.
Een blikseminslag, met schade aan of defect van functies van het luchtvaartuig tot gevolg.