Veiligheidseisen voor schepen met tijdelijke opvang
Een gemeente kan voor het tijdelijk opvangen van mensen een hotelschip gebruiken. Wanneer een gemeente daarvoor kiest, moet zo'n opvangschip voldoen aan regels over de technische staat en voor de veiligheid aan boord. De eisen daarvoor staan in de Binnenvaartwet en daarvan afgeleide regels. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) is toezichthouder voor hotelschepen, ook als deze voor tijdelijke opvang gebruikt worden.
Toezicht, handhaving en communicatie
De regels die van toepassing zijn op opvangschepen staan de Binnenvaartwet en de Binnenvaartregeling. Op basis daarvan controleren de inspecteurs de technische staat aan boord van het schip. Daarbij kijken zij of de noodzakelijke certificaten aanwezig zijn. Ook gaan zij na of aan de veiligheidseisen aan boord is voldaan. Constateert de ILT overtredingen? Dan treedt zij handhavend op.
Naast inspecties informeert de ILT huurders en eigenaars van de hotelschepen. Handhaving en communicatie zijn bedoeld om overtredingen te voorkomen of zo spoedig mogelijk op te heffen. Zo draagt de ILT bij aan de veiligheid van mensen aan boord.
Aandachtspunten
De ILT geeft inzage in de aspecten waarnaar zij kijkt bij controles aan boord. Het certificaat van onderzoek van het schip (CVO) bevat puntsgewijs alle gevraagde informatie. De artikelnummers verwijzen naar het ES-TRIN, de Europese standaard tot vaststelling van de technische voorschriften voor binnenvaartschepen.
Het Europees identificatienummer van het schip (ENI-nummer).
Het certificaat voor onderzoek (CVOR).
Het communautair Binnenvaartcertificaat voor binnenschepen (CBB).
Eventuele buitenlandse certificaten.
De Rijnvaartverklaring (RVV).
De exploitant of eigenaar.
De meetbrieven, met informatie over de afmetingen.
Gegevens op het Certificaat van onderzoek (CVO), de punten verwijzen naar informatie over brandveiligheid en aantal passagiers aan boord:
Punt 22: Wat is maximum aantal passagiers?
Punt 23: Wat is maximum aantal bedden voor passagiers en hoeveel slaapplaatsen zijn er bezet?
Punt 43: Wat zijn de aantallen van: draagbare blustoestellen, aantal vast ingebouwde brandblusinstallaties in verblijven en wat is het aantal vast ingebouwde brandblusinstallaties in de machinekamer?
Punt 44: Wat zijn de aantallen van: reddingsboeien, reddingsboeien met licht, reddingsboeien met drijvende lijn, bijboten, persoonlijke reddingsmiddelen voor passagiers, gemeenschappelijke reddingsmiddelen voor passagiers?
Punt 50: Is er een vloeibaar-gasinstallatie (3-jaarlijks) aanwezig? Zo ja, is deze gekeurd en tot wanneer?
Is continu bekend hoeveel passagiers er aan boord zijn?
Zijn passagiers geïnformeerd over de veiligheidsprocedures (alarmen, verzamelplaatsen, vluchtroutes en dergelijke)?
Is het personeel bekend met het veiligheidsplan, de veiligheidsrol en de procedures zoals ‘brand aan boord’, ‘evacuatie’, ‘man-over-boord’.
De artikelnummers verwijzen naar het ES-TRIN, de Europese standaard tot vaststelling van de technische voorschriften voor binnenvaartschepen;
19.05 lid 4: Is het maximaal aantal passagiers duidelijk op het schip vermeld?
19.08 lid 3b: Voldoet de alarminstallatie (akoestisch) waarmee passagiers gewaarschuwd kunnen worden?
19.11 lid 18: Functioneert de brandmeldinstallatie? En is er constant iemand aan boord die in de brandmeldinstallatie kan horen wanneer deze afgaat?
ESI-II-12 lid 3: Is een geldig keuringscertificaat van de brandmeldinstallatie aanwezig (er geldt een tweejaarlijkse keuring)?
19.13 lid 2a,b,d,g,k en lid 3: Is er een gewaarmerkt veiligheidsplan met informatie over:
Lid 2a. vluchtwegen, nooduitgangen, Verzamel- en evacuatieruimten.
Lid 2b. reddingsmiddelen en bijboten.
Lid 2d. blustoestellen, brandblusinstallaties en automatisch werkende sprinklerinstallaties.
Lid 2g. alarminstallatie voor passagiers.
Lid 2k. brandmeldsysteem.
19.13 lid 3: Is op ieder dek een Veiligheidsplan en Veiligheidsrol opgehangen? Is deze opgehangen in de juiste richting?
19.13 lid 4: Is er een veiligheidsplan en instructie in elke hut (in 4 talen: NL, EN, DU, FR) aanwezig? Is deze opgehangen in de juiste richting?
19.06 lid 6f: Zijn de vluchtwegen en nooduitgangen duidelijk gemarkeerd?
19.10 lid 3c: Is er noodverlichting voor vluchtwegen en nooduitgangen?
19.03 lid 8i: Zijn de verzamel- en evacuatieruimten duidelijk gemarkeerd? En kunnen alle waterdichte schotten en branddeuren gesloten worden?
13.08 lid 1 / 19.09: Komt het aantal reddingsboeien overeen met het certificaat?
19.09 lid 1: Beschikt de helft van reddingsboeien over licht? Heeft de helft van reddingsboeien over een 30m lijn?
15.09 lid 4: Zijn er individuele reddingsmiddelen voor 100% van de passagiers?
19.09 lid 11: Is er een draagbaar aanwezig?
19.08 lid 10: Is er een defibrillator aanwezig (n.v.o. uiterlijk na verlenging certificaat van onderzoek (CVO na 01-01-2020)
13.02 lid 3d / 19.06 lid 12: Is er een loopplank aanwezig van maximaal 4 meter?
13.07 lid 1d: Is er een bijboot aanwezig? Alleen als er geen 2e vluchtweg naar de wal is.
13.04 lid 1: Zijn er vaste brandblusinstallatie in de verblijven?
19.12 lid 9: Zijn er vaste brandblusinstallatie in de machinekamers?
13.04 lid 6d: Is er een geldig keuringscertificaat aanwezig (2 jaar)?
13.03 lid 1 / 19.12 lid 1: Wat is het aantal draagbare blustoestellen, zoals op het certificaat staat vermeld?
13.03 lid 2: Zijn er een poederblusser (ABC 6 kg) en sproeischuimblusser (AFFF 9 liter) aanwezig?
19.12 lid 1c: Is een blustoestel voor vetbranden (F) in de keuken?
13.03 lid 5: Is een geldig keuringscertificaat voor alle blustoestellen aanwezig (2 jaar)? Staan deze op de juiste plaats, zoals op het Veiligheidsplan staat vermeld?
10.11: Zijn de accu’s voldoende afgeschermd?
19.10 lid 9 / ESI-I-2: Is de Meggertest, voor het meten van isolatiemateriaal aanwezig (voor het aflopen van de geldigheidsduur van het certificaat) Een Meggertest is een test om te checken of isolatiemateriaal weerstand biedt tegen elektrische stroom. De Meggertest is op AND-schepen 3 jaar geldig, op passagiersschepen zo lang als het CVO geldig is.
6.09 lid 3: Zijn de stuurmachines door een deskundige gekeurd (3 jaar)?
17.02: Is de vloeibaar gasinstallatie deugdelijk uitgevoerd en opgesteld?
17.13: Is er een geldig keuringscertificaat aanwezig (3 jaar)?
ESI-III-5: Is er een alarminstallatie voor koolmonoxide (CO) en explosieve gasmengsels aanwezig?
In een noodsituatie aan boord moeten mensen snel kunnen handelen. Zij moeten weten waar blusmiddelen staan, reddingsvesten liggen of naar welke locatie ze moeten vluchten. Goed zichtbare pictogrammen moeten hen daarbij helpen. De pictogrammen aan boord mogen iets afwijken of meer gedetailleerd zijn, en nooit afwijken van de betekenis.
Bij brand
Bij evacuatie
Bij medische aspecten
Legionella
Aan boord van hotelschepen kan legionella voorkomen. Bijvoorbeeld in de doucheruimten of drinkwatervoorziening. Controleer en reinig daarom regelmatig de waterinstallatie aan boord. Is er een bemanningslid of passagier met hoge koorts aan boord? Raadpleeg dan een arts.