Toewijzen aan de doelgroep
De kerntaak van een woningcorporatie is het huisvesten van mensen met lage inkomens. De DAEB - inkomensgrens voor toewijzing van DAEB-woningen van woningcorporaties wordt gedifferentieerd naar huishoudsamenstelling (een- of meerpersoonshuishouden). Ten minste 92,5% van de vrijkomende sociale huurwoningen moeten jaarlijks worden toegewezen aan huishoudens met een laag inkomen.
De overige vrijkomende woningen mogen woningcorporaties vrij toewijzen, dus ook aan huishoudens met een inkomen boven de DAEB-inkomensgrens. Dit is maximaal 7,5% van het totaal.
Als woningcorporaties, huurorganisaties en gemeenten daar prestatieafspraken over hebben gemaakt is het op lokaal niveau ook mogelijk om de vrije toewijzingsruimte te verruimen naar 15%. Er moet in dat geval ten minste 85% van de vrijkomende sociale huurwoningen worden toegewezen aan huishoudens met een laag inkomen.
Woningcorporaties moeten ten minste 92,5% van de vrijgekomen sociale huurwoningen met een huurprijs tot € 879,66 (prijspeil 2024) toewijzen aan:
- Eenpersoonshuishoudens met een inkomen tot € 47.699(prijspeil 2024).
- Meerpersoonshuishoudens (bestaande uit twee of meer personen) met een inkomen tot
€ 52.671 (prijspeil 2024).
De overige 7,5% van de sociale huurwoningen mag een woningcorporatie vrij toewijzen. Zoals u eerder op deze pagina kon lezen, is er op lokaal niveau vanaf dan ook de mogelijkheid om de vrije toewijzingsruimte te verruimen naar 15%, als daar prestatieafspraken over zijn gemaakt. In dat geval moet er dus minimaal 85% van de sociale huurwoningen worden toegewezen aan huishoudens met een laag inkomen.