Nationale voorschriften categorie SPECIFIEK

Vliegt u met een drone in Nederland in de categorie SPECIFIEK? Dan moet u zich houden aan Europese en aan nationale voorschriften. Dit zorgt ervoor dat het vliegverkeer van drones in Nederland veilig verloopt.

In de categorie specifiek heeft u een generieke of precieze exploitatievergunning nodig (zie 'BVLOS vliegen'). De generieke variant is een vergunning die niet aan een specifieke tijd of plaats is gebonden. Een precieze vergunning is dat wel.

Voor sommige soorten vluchtuitvoeringen zijn nog geen gedetailleerde regels en procedures vastgesteld. Daardoor kan de ILT nog niet alle vergunningsaanvragen goedkeuren. We werken intensief samen met Nederlandse en Europese partners aan oplossingen.

BVLOS vliegen

Wilt u met uw drone buiten het zicht van de piloot vliegen? Dan is dit een Beyond Visual Line of Sight (BVLOS) vlucht. De ILT kan op dit moment alleen BVLOS-vluchten goedkeuren die plaatsvinden in de typen luchtruim die hieronder genoemd worden. 

In gesegregeerd of militair gecontroleerd luchtruim

Worden de voorgenomen BVLOS-vluchten uitgevoerd in gesegregeerd of militair gecontroleerd luchtruim (Controlled Traffic Region, CTR)? Dan heeft u een exploitatievergunning nodig. Gesegregeerd luchtruim is een stuk luchtruim (tijdelijk of permanent) waar aanvullende of afwijkende voorschriften of beperkingen gelden. Gesegregeerd luchtruim is zeer beperkt beschikbaar. Militaire CTR is het luchtruim boven en rondom een militaire luchthaven dat wordt gecontroleerd door de luchtverkeersleiding. 

In civiel gecontroleerd luchtruim

Dit type luchtruim bevindt zich vooral boven en rondom grote civiele luchthavens. Dit luchtruim wordt gebruikt door een grote hoeveelheid bemand luchtverkeer. Daarom vragen deze operaties om zorgvuldige coördinatie en naleving van voorschriften. Alleen dat kan de veiligheid van alle luchtruimgebruikers waarborgen.

Voor BVLOS-vluchten moeten wettelijke separatieminima toegepast worden ten opzichte van bemande vluchten. Dit geldt met name voor vluchten buiten atypisch luchtruim in de CTR. Dit zorgt voor beperkingen voor drone-operaties in gecontroleerd luchtruim. Deze beperkingen kunnen een effect hebben op uw vergunningaanvraag. Informeer daarom eerst bij de ILT naar de mogelijkheden.

Tijdelijk Gebied met Beperkingen voor BVLOS vluchtuitvoeringen

U kunt voor BVLOS vluchtuitvoeringen in zeer uitzonderlijke gevallen een Tijdelijk Gebied met Beperkingen (TGB) toegewezen krijgen als vorm van tijdelijk gesegregeerd luchtruim. 

Er kan alleen een TGB voor BVLOS vluchtuitvoeringen worden ingesteld: 

  • Als deze een algemeen maatschappelijk belang dienen. Bijvoorbeeld experimentele BVLOS-vluchten die onder de verantwoordelijkheid vallen van EASA, Eurocontrol of de Europese Commissie.
  • Als het gaat om 1 operatie, waarvan de specificaties vooraf zijn gemeld aan de ILT.
  • Wanneer u aannemelijk kunt maken dat het gebruik van bestaand permanent gesegregeerd of gecontroleerd luchtruim niet volstaat voor het uitvoeren van de voorgenomen operatie. 

Een verzoek kunt u per e-mail indienen via iltdocumentmanagement@ilent.nl. Houd rekening met een doorlooptijd van 16 weken. 

Buiten gesegregeerd of gecontroleerd luchtruim

Wilt u BVLOS-vluchten uitvoeren buiten gesegregeerd of gecontroleerd luchtruim? Dan kunt u uitsluitend een precieze exploitatievergunning aanvragen. Deze vluchten mogen alleen uitgevoerd worden in atypisch luchtruim boven gecontroleerd of dunbevolkt grondgebied. Atypisch luchtruim is een deel van het luchtruim waar bemande vliegtuigen normaal gesproken niet komen (bijvoorbeeld luchtruim binnen 30 meter van gebouwen of obstakels).

Droneshows

Voor het vliegen met drones tijdens een droneshow heeft u een exploitatievergunning nodig. Ook gelden voor droneshows de volgende beperkingen en voorwaarden:

  • U mag niet BVLOS vliegen.
  • De droneshow mag alleen boven niet voor publiek toegankelijk gebied (Controlled Ground Area) plaatsvinden.
  • De bij de aanvraag voor de exploitatievergunning meegeleverde risicoanalyse (SORA) heeft een uitwerking van verlichtende maatregel M1 op minimaal het laagste niveau van robuustheid.

Maximale vlieghoogte

In de categorie SPECIFIEK mag u niet hoger vliegen dan 120 meter boven de grond of het water. In een a-typisch luchtruim (binnen 30 meter van een object) of in een gecontroleerd of gesegregeerd luchtruim mag u hoger vliegen, als dit in uw exploitatievergunning is opgenomen. Voor het vliegen in een gecontroleerd luchtruim heeft u specifieke toestemming nodig van de luchtverkeersleiding.

Gebruik transponder in Nederland

In Nederland hoeft u voor het vliegen met een drone in luchtruim anders dan een Transponder Mandatory Zone (TMZ) geen transponder te gebruiken. 

Vluchten waarvoor vanwege de veiligheid een transponder vereist is, zijn op dit moment niet toegestaan. Er wordt gewerkt aan procedures om beperkt gebruik van transponder mogelijk te maken voor vluchten waarvoor de luchtverkeersdienstverlener vanwege de veiligheid een transponder vereist.

De Regeling boorduitrusting wordt aangepast, zodat het gebruik van Mode S of ADS-B transponders voor gecontroleerde vluchten alleen van toepassing is op de geplande dronesvlucht(en).