De uitgebreide producentenverantwoordelijkheid (UPV) is een combinatie van regels die ervoor zorgen dat bedrijven die producten maken ook verantwoordelijk zijn voor het inzamelen en hergebruiken van het afval van die producten. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) zorgt ervoor dat de UPV-regels worden gevolgd.
Voor welke producten geldt deze producentenverantwoordelijkheid?
Er zijn regels gemaakt voor verschillende soorten producten, zoals verpakkingen, auto’s, autobanden, elektronica en batterijen/accu’s. Vanaf 1 juli 2023 geldt dit ook voor textiel.
Voor papier/karton (niet verpakking), vensterglas en consumentenmatrassen zijn vergelijkbare regels gemaakt. Dit is gedaan op verzoek van de producenten zelf. Wel heeft de overheid ervoor gezorgd dat alle producenten van die producten zich aan die regels moeten houden.
Sinds kort zijn er ook ‘financiële UPV-systemen’ waarbij de producent een bijdrage moet leveren aan de kosten voor het opruimen van het zwerfafval. Dit geldt voor ballonnen, natte doekjes en sigaretten.
Eerder richtte de UPV zich vooral op het opruimen en het gebruik van het afval als grondstof. Nu gaat het steeds meer over het maken van producten die langer meegaan, eenvoudiger gerepareerd kunnen worden of waarvan het afval makkelijker weer is te gebruiken als grondstof voor hetzelfde product.
Regels voor producenten
Bij de UPV gelden regels voor zogenoemde producenten. Dat zijn bedrijven en mensen die producten die onder de UPV vallen als eerste in Nederland verkopen. De UPV verplicht de producenten van dat product een bepaalde hoeveelheid afval in te zamelen en dat afval weer te gebruiken om nieuwe producten te maken. Die hoeveelheid in te zamelen afval wordt meestal berekend door uit te rekenen hoeveel producten in de jaren daarvoor gemiddeld per jaar zijn verkocht.
Meestal werken de producenten voor de UPV samen in 1 organisatie. Als bijna alle producenten van dat product vrijwillig lid zijn van die organisatie, kan de minister besluiten dat elke producent zijn UPV-taken door die organisatie moet laten uitvoeren. Dat wordt vastgelegd in een Algemeen Verbindend Verklaring (AVV).
De UPV-organisaties hebben verschillende verplichtingen. Zij moeten bijhouden welke producenten er zijn, laten zien hoeveel producten er zijn verkocht en consumenten laten weten hoe ze afval moeten inleveren. Ook moeten de UPV-organisaties het afval verzamelen of daarover afspraken maken met gemeenten, het afval laten verwerken, gegevens over afval verzamelen en de overheid informeren welk gedeelte van het ingezamelde afval is gebruikt om er nieuwe producten van te maken. Dit kost geld en de producenten betalen hiervoor. De hoeveelheid geld hangt af van de kosten van het inzamelen, de kosten van de afvalverwerking en de kosten van de UPV-organisatie zelf. De UPV-organisatie bepaalt hoeveel dit is.
De rapportages die de UPV-organisaties hierover ieder jaar moeten opstellen worden online geplaatst. Ook hun leden en de bedrijven die ze uitkiezen om het afval te verwerken zijn online te vinden.
Rol Rijkswaterstaat
Producenten die onder de UPV vallen, moeten zich melden bij Rijkswaterstaat (RWS).
Deze bedrijven moeten ieder jaar Rijkswaterstaat informeren over de hoeveelheid producten die zij hebben verkocht en hoeveel afval zij hebben ingezameld. Ook moeten zij aangeven welk deel van dat afval is gebruikt om nieuwe producten te maken.
Als producenten deelnemen aan een UPV-organisatie, wordt de melding en de verslaglegging bij Rijkswaterstaat gedaan door de UPV-organisatie. Rijkswaterstaat bekijkt voor de minister de verslaglegging, vraagt soms extra informatie op en informeert de minister over de resultaten van de UPV.
Rol Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT)
De ILT zorgt ervoor dat de UPV-regels worden gevolgd. De ILT let bijvoorbeeld op producenten die zich niet melden, op producenten of UPV-organisaties die niet genoeg informatie geven of de regels niet goed volgen. De ILT kiest wat ze doet op basis van wat er is misgegaan.
Voor welke producten geldt een UPV?
Een UPV met wettelijke voorschriften is er voor:
- Autobanden (vervanging)
- Auto's
- Draagbare batterijen
- Elektrische en elektronische apparatuur
- Verpakkingen
- Textiel
- Matrassen
Voor de volgende producten geldt een vrijwillige UPV:
- Papier en karton
- Vlakglas
- Consumentenmatrassen
Financiële UPV’s zijn er voor:
- Tabakswaren
- Ballonnen
- Natte doekjes