Treinsamenstelling en routecheck
Een trein bestaat uit 1 of meerdere spoorvoertuigen. Voor een trein van het hoofdspoor mag vertrekken, moeten spoorwegondernemingen eerst technische en administratieve zaken controleren.
Trein samenstellen
De regels voor het samenstellen van treinen staan in de Europese wet- en regelgeving (TSI Operations en Traffic Management). Daarnaast gelden nationale regels, zoals de Spoorwegwet, Regeling Indienststelling Spoorvoertuigen, Regeling spoorverkeer en Besluit spoorverkeer. Voor het controleren van de treinsamenstelling gebruikt de spoorwegonderneming ook haar eigen Veiligheidsbeheerssysteem (VBS). Alle voertuigen in de trein moeten in goede technische staat verkeren.
Compatibiliteit met de route
Een spoorwegonderneming moet checken of een trein een bepaalde route mag rijden. Dit heet de routecheck, ook wel compatibiliteit met de route. Ook de regels hiervoor zijn terug te vinden in bovengenoemde Europese en nationale wet- en regelgeving. Voor de routecheck gebruikt de spoorwegonderneming onder andere de het Europees Voertuig Register (EVR), register voor voertuigtypen (ERATV), de Rail Infra Catalogus (RINF) en haar eigen VBS.
Compatibiliteit met de route op voertuigniveau
- De checks uit de TSI OPE 2023/1693 aanhangsel D1 zijn doorlopen op voertuigniveau.
- Er is een geldige voertuigvergunning of eerder afgegeven geldige vergunning (VVI/AVVI/Inzetcertificaat/Inzettoelating) voor het gehele inzetgebied. Het voertuig moet nog steeds voldoen aan de kenmerken en voorwaarden van deze eerder opgestelde vergunningen.
- Bij voertuigen met een European Rail Traffic Management System (ERTMS) met een typegoedkeuring na 16 juni 2019 zijn alle gecertificeerde ETCS system Compatibility (ESC) – en Radio system Compatibility (RSC) typen correct vermeld in het European Register of Authorised Types of Vehicles (ERATV).
- Op het voertuig is een voertuighouderkenmerk (VKM) aangebracht. Dit kenmerk is eerst toegekend aan de organisatie in het VKM Register.
- Op het voertuig is een Europees Voertuig Nummer (EVN) en andere kenmerken aangebracht. Dit staat vermeld in de Technical Specifications for Interoperability Operations (TSI OPE) .
- Het voertuig heeft een Entity in charge of maintenance (ECM) met geldig certificaat. Alle (eventueel uitbestede) onderhoudsfuncties zijn ingevuld door partijen.
- Het voertuig heeft een geldige inschrijving (code 00) in het European Vehicle Register (EVR). Of het voertuig staat in het European Centralised Virtual Verhicle Register (ECVVR). De inschrijving van voertuigen uit landen buiten de EU is ook weergegeven in het EVR of nog in het ECVVR.
- Technische kenmerken van het voertuigtype zijn door de typehouder aan de spoorwegonderneming verstrekt. Dit kan onder andere via ERATV.
Is er geen geldige vergunning en/of registratie voor een spoorvoertuig? Dan moet er een (tijdelijke) ontheffing voertuigvergunning voor Nederland beschikbaar zijn. Als het om een testvoertuig gaat, kan er ook een tijdelijke vergunning voor testen worden aangevraagd.
Compatibiliteit met de route op treinniveau
- De treinsamenstelling is geschikt voor de route.
- De checks uit de TSI OPE 2023/1693 aanhangsel D1 zijn doorlopen op treinniveau.
- De spoorwegonderneming is op de hoogte van het technisch ontwerp van de route. Deze actuele informatie is verkregen via de infrabeheerder. Dit gebeurt onder andere via het Europese Register of Infrastructure (RINF).
Bij het ontstaan van een nieuwe treinsamenstelling kan het voorkomen dat de spoorwegonderneming de Common Safety Methods for Risk Evaluation and Assessment (CSM REA) moet toepassen. Deze Europese uitvoeringsverordening geeft de methodiek voor risico-evaluatie en risicobeoordeling, zodat het veiligheidsniveau op het spoor hoog blijft. Het veiligheidsbeheerssysteem van de spoorwegonderneming ondersteunt deze stap.