Typegoedkeuringen en voertuigvergunningen (APOM)
Voordat een spoorvoertuig op de markt komt, moet het een voertuigvergunning hebben. Met deze vergunning brengt u het spoorvoertuig in de handel (authorisation on placing on the market). Het inzetgebied (area of use) van een voertuig kan 1 of meerdere landen bevatten.
Spoorvoertuigen kunnen in een serie worden gebouwd. Daarvoor kan een fabrikant een typegoedkeuring (type authorisation) aanvragen. De eerste fabrikant die het ontwerp van een nieuw type laat vergunnen, is de typehouder van die vergunning.
Behandeling vergunningaanvragen
De ILT en de European Railway Agency (ERA) behandelen de vergunningaanvragen. De ERA heeft hiervoor de One Stop Shop (OSS) ingericht. Het inzetgebied van een voertuig of voertuigtype bepaalt welke instantie de vergunningsaanvraag mag beoordelen. Vergunde voertuigtypen komen in het register European Register of Authorised Types of Vehicles (ERATV) als zij aan bepaalde voorwaarden voldoen. Meer informatie over leest u bij registratie voertuigypen in ERATV.
Toetsing nieuw type spoorvoertuig
Om een typegoedkeuring of voertuigvergunning te kunnen krijgen, moeten spoorvoertuigen aan de essentiële eisen voldoen. Deze eisen zijn vertaald naar specificaties in de TSI’s en nationale regels. In Nederland zijn die nationale regels opgenomen in de Regeling Indienststelling spoorvoertuigen.
De beoordeling van de eisen doet een conformiteitsbeoordelingsinstantie in een toetsing. In de Europese databases European Railway Agency Database of Interoperability and Safety (ERADIS) en New Approach Notified and Designated Organisations (NANDO) staan de bevoegdheden van deze instanties.
Wanneer de fabrikant een vergunning wil aanvragen voor een nieuw spoorvoertuig, dient hij een aanvraag met casus 'first authorisation' in bij de One Stop Shop. Daarbij geeft de fabrikant aan of hij het ontwerp wil laten vergunnen als voertuigtype. Maar ook of hij een spoorvoertuig op de markt wil brengen met een voertuigvergunning. Deze vergunning heet ‘authorisation for placing on the market’ (APOM). Wanneer een fabrikant typegoedkeuring heeft voor een specifiek voertuigtype, krijgt hij ook toestemming om dit ontwerp te herhalen.
Nieuwe vergunning bij wijzigingen aan een voertuig(type)
Wanneer een voertuig verandert, moet er vastgesteld worden of er een vergunningsplicht ontstaat. Een voertuighouder, typehouder of een onderneming die zij hiervoor een opdracht heeft gegeven, vervult dan de rol 'entiteit die de wijziging beheert'. Deze entiteit doorloopt het proces voor bepaling van keuring- en vergunningsplicht. Wanneer er een vergunningsplicht is vastgesteld, moet deze entiteit een voertuigvergunning met de casus ‘new’ aanvragen in de OSS. Is deze entiteit niet de originele typehouder? Ook dan moet de entiteit een vergunning aanvragen met ‘first’ of ‘new’.
Lees meer over wijzigingen aan een voertuigtype of spoorvoertuig beheren.
Uitbreiding inzetgebied en aangepaste vergunning
Op de vergunning(en) staat in welke landen een spoorvoertuig mag rijden. Wanneer het voertuig in een extra land gaat rijden, moet de vergunning eerst aangepast worden. Deze vergunningen worden altijd verleend door ERA. Daarnaast moet de voertuighouder, spoorwegonderneming of fabrikant een aanvraag indienen bij de OSS met casus ‘extension area of use’.
Richtsnoeren ERA en ILT
In de EU-uitvoeringsverordening 2018/545 voor voertuigtoelating staan de verschillende aanvraagsoorten beschreven. Net als de benodigde documentatie bij het aanvraagproces. In de Practical arrangements for VA ERA1209-200 (VA Guide) van de ERA staan voorbeelden van casussen. Hierbij kunnen ook casussen gecombineerd worden. Het Richtsnoer voor voertuigtoelating van de ILT legt een aantal processtappen verder uit voor de Nederlandse situatie.
Infracompatibiliteit met Nederlandse hoofdspoor
In Nederland is ook de Beleidsregel rol beheerder bij voertuigtoelating Spoorwegwet opgesteld. Dit is een aanvulling op de aanvraag voor een typegoedkeuring of voertuigvergunning. De aanvrager kan hierbij informatie uitwisselen met de infrabeheerder over de spoorvoertuigen. ProRail stelt dan een visie op. Deze voegt u toe in OSS. Mist deze visie bij de start van een aanvraag? Dan zal de ILT u toestemming vragen voor het opvragen van een infracompatibiliteitsverklaring bij ProRail voor het betreffende spoorvoertuig.
Aanvraag indienen en facturatie
Dient u een aanvraag in bij de ILT via de OSS? Dan ontvangt u een factuur volgens de Regeling tarieven transportsectoren (sector railvervoer).
Wanneer de ILT een aanvraag beoordeelt, geldt er een uurtarief van € 142. Hier komen eventueel nog reiskosten bij die in het buitenland gemaakt zijn.
Wanneer u een aanvraag indient bij de ERA via de OSS, is de Implementing act on fees and charges 2018/764 met aanvulling 2021/1903 van toepassing. Wanneer de ILT het nationale deel van de aanvraag beoordeelt, brengt de ILT de gemaakte kosten bij u in rekening. De factuur komt dan vanuit de ERA. Het uurtarief voor 2024 is € 142. Dit is het gebruikelijke uurtarief van de ILT. Exclusief gemaakte reiskosten in het buitenland.