Er zijn twee soorten organisaties die zweefvliegopleidingen mogen verzorgen, namelijk Declared Training Organisations (DTO’s) en Approved Training Organisations (ATO’s). Op dit moment worden zweefvliegopleidingen in Nederland uitsluitend door DTO’s verzorgd.
Declared Training Organisations
U kunt een DTO starten door het formulier Verklaring Declared Training Organisation in te dienen bij de ILT. Met dit formulier verklaart u onder andere welke opleidingen de DTO verzorgt, welke opleidingsprogramma’s worden gebruikt en u verklaart dat de DTO aan wet- en regelgeving voldoet. Een DTO mag beginnen met het verzorgen van opleiding zodra zij deze verklaring heeft ingediend. Verandert er iets in de informatie die in de verklaring staat, dan moet u dit bij de ILT melden met hetzelfde formulier.
Aanleveren jaarrapport
Wetgeving vereist dat een DTO jaarlijks een activiteitenverslag opstelt en een interne evaluatie uitvoert. De DTO deelt de resultaten hiervan met ILT door het jaarrapport in te vullen en toe te sturen. Een DTO stelt het jaarrapport op over afgelopen kalenderjaar en stuurt dit rapport in het eerste kwartaal van het jaar erop aan ILT, tenzij anders is afgesproken met uw inspecteur. U kunt het jaarrapport aanleveren via het formulier Melding jaarrapport Declared Training Organisation (DTO). In dit online meldformulier kunt u ook het format voor het jaarrapport downloaden.
Aanmelden FI(S) Refresher seminar
Als u een FI(S) Refresher seminar organiseert, meldt u dit vooraf aan de ILT door een e-mail te sturen aan DTO@ilent.nl. Vermeld daarin tenminste de datum van de seminar en de agenda met tijden en onderwerpen.
Aanvraag Assessment of Competence voor FI(S) bevoegdheid
De opleiding voor FI(S) bevoegdheid wordt afgesloten met een Assessment of Competence (AoC). De ILT wijst de examinatoren voor het AoC toe. De ‘Head of Training’ van de DTO kan een AoC aanvragen door een e-mail te sturen aan: postvakexaminatoren@ilent.nl.
Welke zweefvliegervaring uit het verleden mag meetellen voor de SPL opleiding?
De ILT krijgt regelmatig de vraag van DTO’s of iemand met zweefvliegervaring uit het verleden of een verouderd brevet vrijstelling kan krijgen voor de SPL opleiding. Hierna volgen voor de meest voorkomende situaties welke ervaring wel of niet mag meetellen.
De kandidaat beschikte op 8 april '21 over een geldig KNVvL GPL.
De kandidaat kan tot uiterlijk 8 april 2027 het SPL aanvragen als hij of zij aan de recentheidseisen voldoet en een overlandvlucht kan aantonen. De vluchten om aan de recentheidseisen te voldoen, kunnen gemaakt worden met een instructeur of onder toezicht (solo).
De kandidaat beschikte op 8 april '21 over een verlopen KNVvL GPL.
De kandidaat kan tot uiterlijk 8 april 2027 het SPL aanvragen als hij of zij aan de recentheidseisen voldoet en een overlandvlucht kan aantonen. De vluchten om aan de recentheidseisen te voldoen, kunnen gemaakt worden met een instructeur of onder toezicht (solo).
De kandidaat heeft een LAPL(S).
Een LAPL(S) blijft geldig. Bij een eerstvolgende wijziging van het brevet of op aanvraag wordt deze omgezet in een SPL.
De kandidaat heeft een voorloper van het KNVvL GPL (bijvoorbeeld RPL(G) of ZVB).
Voorafgaand aan de invoering van Part-SFCL waren het KNVvL GPL en LAPL(S) geldige brevetten. EASA wetgeving biedt uitsluitend de mogelijkheid om deze brevetten om te zetten naar een SPL. Voorlopers van het GPL konden in het verleden omgezet worden onder toen geldende voorwaarden. Heeft de kandidaat een voorloper van het GPL, dan moet hij of zij de volledige SPL opleiding volgen. In de opleiding is geen vrijstelling mogelijk op basis van eerdere zweefvliegervaring, ook niet voor de overlandvlucht. Wel kan, onder voorwaarden, worden afgeweken van de eis van 10 uur dual flight instruction, zolang wordt voldaan aan de eis van 15 uur flight instruction (totaal dual en solo). De voorwaarden zijn beschreven in het conversierapport GPL-SPL.
De kandidaat was in opleiding voor het KNVvL GPL toen de vereniging als DTO ging opleiden voor het SPL.
De opgedane ervaring mag meetellen voor de SPL opleiding. Voorwaarde is dat de DTO tijdig (voor 8 juni '21) aan de ILT heeft doorgegeven dat de opleiding voor de kandidaat gecrediteerd wordt.
De kandidaat heeft in het verleden een deel van een zweefvliegopleiding gevolgd. Hij is met de opleiding gestopt voordat zijn vereniging als DTO ging opleiden voor het SPL.
De opgedane ervaring mag niet meetellen voor de SPL opleiding. De kandidaat moet de volledige SPL opleiding volgen. Er is geen vrijstelling mogelijk op basis van eerdere zweefvliegervaring.